- Enabling
- to make able; give power, means, competence, or ability to; authorize
- to make possible or easy
- to make ready; equip (often used in combination)
==> Faciliteren, mogelijk maken
- No nonsense ==> Focus op het essentiële
- Pragmatisch ==> Maximale aandacht voor de praktische hanteerbaarheid en het vermogen bij te dragen tot het resultaat
- Partnership ==> In vertrouwen en confidentialiteit de interne cohesie, het menselijk aspect en hun beider effect op de resultaten behartigen